In Port-au-Prince wachten drie medewerkers van ngo Cunina uit Geel op bericht of ze nog terug kunnen reizen naar België. Normaal gesproken zouden de drie 22 maart terugvliegen naar Parijs, maar dat land ging volledig op slot.
Momenteel is onduidelijk wanneer het drietal kan terugkeren. In Haïti zijn er nog geen besmettingen, maar de angst onder de bevolking dat het Corona-virus ook hier zal opduiken is enorm groot. Bovendien ontvangt het straatarme land sinds kort nauwelijks nog hulp uit het buitenland, wat leidt tot een hoop onlusten en wantoestanden.
Cunina-directeur van Cunina Sophie Vangheel met haar twee medewerkers Kathleen Op de Beeck en Inge Bollen waren op werkbezoek in Haïti om een project, diep in het binnenland, te evalueren. De ngo uit Geel bouwde in het Haïtiaanse binnenland een zestal scholen na de desastreuze aardbeving die het land trof in 2010.
In deze scholen is de ngo momenteel een totaal van 120 hurktoiletten en wasbakken aan het bouwen, zodat schoolkinderen hun behoefte niet langer in de buitenlucht hoeven te doen en de ziekte cholera geen kans meer krijgt om zich te verspreiden. Een paar dagen geleden reisde het drietal terug naar Port-au-Prince, waar ze sindsdien in spanning afwachten of ze nog kunnen terugkeren.
Chaos en spanning
De omstandigheden waarin het hurktoilettenproject tot stand moet komen zijn ronduit erbarmelijk. Cunina-directeur Sophie Vangheel: "Haïti verkeert momenteel in volkomen chaos en er heerst een gespannen sfeer. Kidnappers plukken willekeurig mensen van de straat en eisen losgeld van familieleden. De politie protesteert omdat de Haïtiaanse overheid hun loon niet uitbetaalt. In gevechten met het leger van President Jovenel Moïse kwamen al verscheidene politiemannen om."
Volgens Vangheel is het land volledig ontredderd. "De regering kijkt toe en doet niets om te situatie te verbeteren. De bevolking is radeloos. Het straatarme Haïti krijgt ook nauwelijks nog hulp van het buitenland, terwijl Haïti nog altijd volledig afhankelijk is van hulp van buitenaf."
Vangheel benadrukt dat Cunina er wel alles aan doet om Haïti te helpen. De organisatie heeft er duizenden petekinderen die met steun van Belgische peetouders naar school gaan en realiseert ook tal van projecten in het land, zoals het hurktoilettenproject. Vangheel: "En dat blijven wij doen. Cunina piekert er niet over om deze steun hier weg te halen. Opgeven staat niet in ons woordenboek."
Voorlopig zijn er in Haïti nog geen besmettingen met het Coronavirus bekend en zijn de Cunina-medewerkers op dat gebied veilig. "Hopelijk blijft het Haïtiaanse volk, dat al zoveel ellende moest – en moet - meemaken van dit verschrikkelijke virus gespaard. De medische zorg is er ondermaats en het straatarme land kan deze crisis simpelweg niet bestrijden."
Wanneer de drie Cunina-medewerkers kunnen terugkeren is momenteel nog koffiedikkijken. Het drietal reisde twee weken geleden met Air France naar Haïti. Deze vliegtuigmaatschappij besloot eerder deze week al om een groot deel van hun vluchten te annuleren. De Belgische ambassade is op de hoogte dat de drie vastzitten in Haïti.
